Voorwerpen die in Nederland gevonden worden en, – vrij vertaald – omschreven kunnen worden als ‘viking’ zijn uiterst zeldzaam. Uiteraard zijn er de gekende voorwerpen uit de Vikingtijd, die gevonden zijn bij Wijk bij Duurstede – het toenmalige Dorestad –, de zilverschatten van Westerklief en de voorwerpen met een Scandinavische of ‘Fries-Scandinavische’ decoratiestijl, in de 19e eeuw gevonden op het strand bij Domburg, in Zeeland. Naast deze, al oudere, vondsten wordt er heel soms een gouden of bronzen ring gevonden die, vanuit vooral hun vormgeving, toegewezen kan worden aan de Vikingtijd. Voorwerpen echter, met een onmiskenbare Scandinavische decoratiestijl, zoals deze in zwang was in de Vikingtijd treft men hoogstzelden aan. Ze zijn op de vingers van – hooguit – twee handen te tellen.
Met enige regelmaat laten metaalzoekers een door hen gevonden voorwerp zien, met steevast de vraag of dit nu ‘viking’ is. Altijd, of: bijna altijd moet ik ze dan teleurstellen omdat het betreffende stuk niet aan de definitie voldoet. Vaak is zo’n voorwerp wel uit de vroege middeleeuwen, maar kan deze qua vorm en/of stijl technisch niet aan ‘de Vikingtijd’ toegewezen worden – wat overigens ook nog eens een achteraf vormgegeven concept is. De inwoners uit – het thans Scandinavië hetende deel van Noord Europa – kenden ten tijde van de vikingen uiteraard geen ‘Vikingtijd.’
Zoals gezegd zijn de voorwerpen dan nog wel vroeg middeleeuws, maar dan als Ottoons te omschrijven, dan wel Frankisch en soms Karolingisch.
Groot is dan de opwinding bij ondergetekende als Sander Visser, een metaalzoeker zich meldt met een door hem gevonden zogeheten pommelkap – het bovenste deel van een zwaard – met verdacht Scandinavisch aandoende vorm, maar bovenal: decoratiestijl. Nog even voor de leek: De zwaardpommel bestaat uit twee delen; de pommelkap en daaronder de pareerstang. De pommelkap gevonden door Sander Visser komt uit de eerste helft van de 10e eeuw. Later in de tijd komen we pommels tegen die uit één geheel bestaan en daarom alleen pommel worden genoemd. De pommelkap is het bovenste deel van de pommel, de pommel is het onderdeel van een zwaard die tegenwicht geeft aan het uiteinde van een heft van een zwaard of een mes. De naam pommel komt voort uit de Latijnse benaming voor “kleine appel”.
De eerste foto die getoond wordt – en die ik te zien krijg – is zoals de pommelkap gevonden is. De vorm en de decoratie in het midden van de pommelkap doet bij mij al een wenkbrauw van opwinding omhoog gaan; toch ben ik nog voorzichtig. Deels komt dit voort door onbekendheid met het type pommelkap.
Natuurlijk, het schema wat Jan Petersen ontwierp van tijdchronologie en typen in zwaardheften uit de Vikingtijd, is al ruim honderd jaar oud, en, met name, metaaldetectie, heeft de catalogus van pommelkappen en pommels – natuurlijk wezenlijk uitgebreid, zeker de afgelopen twintig á dertig jaar. Petersen baseerde zijn typologie van 26 typen op 1.700 vondsten van zwaarden uit de Vikingtijd, gevonden in Noorwegen.




Raker getypeerd is het type R binnen het classificatieschema van Petersen, zoals een vondst uit Engeland laat zien, en dan specifiek binnen dit type R, type III die met name gevonden wordt in het noordwesten van Duitsland en zuiden van Scandinavië. Deze laat, naast een wat wijder uitlopend middenstuk, aan weerszijden twee dier(gelijkende) koppen zien, vermoedelijk zwijnskoppen, in, wat James Graham Campbell, de gekende autoriteit als het gaat om publicaties over de vikingen en de decoratiestijlen uit de Vikingtijd, een hybride of: transverse Borre/Jellinge stijl noemt en daarmee een datering van 925 – 1000 A.D. geeft.
Ny Björn Gustafson merkte op: ‘It is like a transitional mix between Wheeler’s type III/Petersen R, i.e. two (more or less) beaked heads, and Wheeler’s type IV/Petersen O, i.e. “five knuckles” (vijflobbige type, red.) It is hard to tell wich way it is going in terms of design, but it has some traits (e.g. the snouts) in common with this W/IV/Petersen O pommel from North Yorkshire in the PAS (Portable Antiques Scheme, red.) database https://finds.org.uk/databse/artefacts/record/id/995783.’


Een exact gelijkend type, alhoewel fragmentarisch, werd door een verzamelaar van viking voorwerpen uit Californië, 45 jaar geleden, gekocht van iemand uit het noorden van Engeland.


Deze heeft ook zilver en goudsporen. Deze verzamelaar meent dat de pommelkap komt uit de periode van de zogeheten Danelaw – een door Deense kolonisten gekoloniseerd gebied in Noord en Oost-Engeland in de 9e en 10e eeuw. De vinder van de pommelkap uit Friesland concludeerde hier uit dat dit type pommelkap uit Denemarken komen met Deense Vikingen rond 900. Dit is mogelijk, maar voor mij geen uitgemaakte zaak (dat deze exclusief uit Denemarken zouden komen, red.) Caroline Paterson gaf deze reactie:
‘I am no expert on this pommel type, but it would appear to belong to Petersen’s type S, though is clearly closely related to his type R with its prominent animal-head terminals. Although this type is found throughout the Scandinavian world (though rare in Sweden according to Androshchuk (2014) and Norway – though there is now such a find from Leirong, Tysvaer). Most finds appear to come from Denmark, England and also Gotland. Although with a distinct curved base and raised central portion (more in keeping with type L hilts) the high quality Anglo-Saxon pommel from the Seine, Paris (Wilson 1964, no. 66, 166-7) with its filigree panel may be an early forerunner for the type with its pair of outward facing animal heads. Moreover, Fuglesang and Petersen both regarded the type as being based on West European models, but later the ornament is more markedly Scandinavian in style. Interlace executed in the Mammen style decorates the central dome of the pommel from Grasand, Denmark (Fuglesang 1980, Pl. 15 B-C) and several of the English finds have a stylized en-face Mammen style human head in the central lobe and Jan Petersen refers to some Scandinavian parallels for this (173-4).
There is an interesting on line article (A Viking Period Metalworking Hoard from Alvena in Mästerby parish, Gotland, red.) on a find from Pacuiul lui Soare, Romania which discusses the group and illustrates some of the finds from Gotland – including the five Alvena pommels which were unfinished. I wonder where your Frisian find was manufactured? Perhaps Gotland or even England?
Het artikel A Viking Period Metalworking Hoard from Alvena in Mästerby parish, Gotland handelt over een vondst gedaan in oktober 2010 op Gotland waarbij, naast een veertiental gevonden – halffabricaat – zogeheten vispendanten ook vijf – wederom halffabricaat – pommelkappen met – enigszins – gelijkende dierkoppen aan weerzijden van de pommel.
Maar terug naar de vondst uit Friesland. ‘Viking’ of niet, de vinder had een fraaie vondst gedaan. De foto’s van de pommelkap ná conservering (door Johan Langelaar, red.) maakten ondergetekende pas écht enthousiast. Hier op werd pas echt duidelijk dat we met een onmiskenbare Scandinavische, zo u wilt: ‘viking’ decoratiestijl pommelkap te maken hebben. Op de bronzen – koperlegering – pommelkap zijn restsporen van zilverkleur en goud terug te vinden. De afmetingen van de pommelkap zijn lengte 70 mm en de breedte 20 mm. De hoogte is 30 mm en het gewicht is 60,3 gram. Hij is gemaakt van een koperlegering die verguld is geweest.

Het middenstuk laat een vervlochten decoratie zien, eigen aan de Jellinge stijl, die uit loopt in een – ogenschijnlijk – hartvormige spiraalvorm, zoals ik ook wel gezien heb op kleine beslagstukjes uit het Baltische gebied ten tijde van de Vikingperiode. Daarmee ademt deze pommelkap voor mij “twee werelden” uit. De – overduidelijke – wereld van de vikingen, gezien de decoratie en vorm van de dier(gelijkende) koppen én een deels Slavisch aandoende decoratie in de top van het middendeel. Het is Scandinavisch, maar ook weer niet helemáál. De binnenwaarts cirkelende vorm bovenaan het middenstuk doen denken aan een bronzen beslagstukje, gevonden in Grobina, Letland. De twee – als zwijnskoppen beschouwde – aan weerszijden hebben een hybride Jellinge / Borre stijl decoratievorm. Allereerst is het een geluk dat de decoratie zo goed bewaard is gebleven. Menig voorwerp is de laatste twintig jaar ernstig beschadigd en/of geërodeerd geraakt door het gebruik van kunstmest, die al te vaak een verwoestend effect heeft gehad op bronzen voorwerpen.








Het verspreidingsgebied van dit zeer specifieke type pommelkap – noordwest Duitsland en zuid Scandinavië – geeft goed de mogelijkheid weer dat deze pommelkap meegebracht – en zeer waarschijnlijk daar gemaakt – kan zijn in/uit één van deze gebieden. We moeten hierbij dan ook kijken naar het voorwerp an sich en dan kunnen we dit zonder meer ‘viking’ noemen, puur door zijn decoratiestijl, noch afgezien van de uiteindelijke functie die het heeft gehad. Want dit zijn natuurlijk twee verschillende zaken.
De pommelkap maakt natuurlijk deel uit van een zogeheten losse vondst, zonder verdere context. Zou deze pommelkap samen met – aanwijsbaar – andere Scandinavische voorwerpen aangetroffen zijn, dan zou de vindplaats op een (klein of groter) nederzetting kunnen duiden van mensen uit Scandinavië in dit deel van Friesland, wat indertijd liep van Zeeland tot Friesland. Zo’n – hoogstwaarschijnlijke – nederzetting in het gebied van de Friezen is Walcheren geweest, waar verschillende voorwerpen met een Scandinavische of, zoals ik omschreven heb in Vikingen en de voorwerpen uit de Vikingtijd (2023) ‘voorwerpen met een hybride ‘Fries-Scandinavische decoratiestijl.’ Nóg spectaculairder zou het zijn geweest als deze pommel gevonden zou zijn in de context van een graf. Maar beide – met nadruk: mogelijkheden – zijn hier, vooralsnog, niet aan de orde omdat de vondst een losse metaaldetectorvondst is. Daar kan echter nog verandering in komen, omdat het Fries Museum exclusief toegang is gegund om verder te zoeken in de bodem waar de pommel gevonden is.
Daarmee is deze vondst voor ondergetekende niet minderwaardig of secundair. Integendeel: het is een van de meest opwindende vondsten in vele jaren gedaan in ons land. Het laat, eens te meer en onmiskenbaar zien – voor wie daar nog aan twijfelde – dat er Scandinavische aanwezigheid was in onze Lage Landen. Alhoewel deze (nog) moeilijk zichtbaar is in de archeologie, moet deze langer durend geweest zijn in bepaalde kuststreken van het gebied wat vroeger Frisia werd genoemd en wat liep van Zeeland tot voorbij Groningen. Een nog steeds vrij onbekend aspect bij velen is, dat Friezen zelf soms ook met deze vikingen als huurlingen óf overtuiging op rooftocht gingen of handel dreven. Sommige Friezen waren daarmee dus zelf onderhavig aan viking gedrag. Het kan dus zeer zeker zo zijn, dat één van deze twee aspecten de pommelkap in de aarde bij Witmarsum heeft doen belanden. Om duizend jaar later terug gevonden te worden.
Het object kan daarmee een onderdeel zijn geweest van een zwaard, waarmee gevochten is, óf een decoratieve waarde hebben gehad en exclusief daarmee gepaard zijn gegaan.
Over deze fraai gedecoreerde pommel valt een boek of roman te schrijven.. voor wie het zich inbeeldt !
Ondertussen is de pommel aangemeld bij de Nederlandse evenknie van de PAS, de PAN (Portable Antiquities Netherlands, red.) onder nummer PAN-00156039 en heeft een plek gekregen in het Fries Museum, waar deze, na eerst tentoongesteld te worden in het Rijksmuseum voor Oudheden, zijn” laatste rustplaats” zal krijgen, in het hart van de provincie waar hij gevonden is.
Bronnen:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Pommel
http://www.vikingage.org/wiki/wiki/Swords
https://uu.diva-portal.org/smash/get/diva2:537484/FULLTEXT01
Gustafsson, N.G., A Viking Period Metalworking Hoard from Alvena in Mästerby parish, Gotland, Fornvännen 106 (2011)
https://finds.org.uk/databse/artefacts/record/id/995783
https://www.portable-antiquities.nl/pan/#/object/public/156039
https://www.miamiherald.com/news/nation-world/world/article295985799.html
Met dank aan: Sander Visser, Caroline Peterson en Ny Björn Gustaffson
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.