Een – op zijn zachtst uitgedrukt – markant Zwollenaar is heen gegaan: Aloys Berends. Ik kwam met Aloys in “aanraking” toen deze zich meldde met herinneringen die hij had aan Westenholte (door mij vastgelegd in Herinneringen aan Spoolde, Westenholte en Frankhuis, 2022)
Ik bezocht hem eerst thuis, en het appartementencomplex naderend vielen mij twee vlaggen op die aan een balkon hingen. De Nederlandse en Canadese. Ze bleken aan zijn balkon te hangen. Het tekende gelijk de persoon Aloys Berends. “We herdenken twee minuten per jaar de doden. Het zou precies andersom moeten zijn: we zouden drieëntwintig uur en achtenvijftig minuten moeten herdenken en twee minuten de Bevrijding vieren.”
De oorlog en iedereen die daar slachtoffer van geworden waren, mochten nooit vergeten worden.

Eenmaal rond kijkend in zijn appartement was het een uitstalling van prijzen die hij, als ploegleider, in het wielrennen had gewonnen met zijn renners.
Op de foto hier boven is rechts een tot bloemvaas verwerkte huls van een granaat te zien, een huls die hij in de oorlog zelf een keer van straat raapte. Later werd deze huls annex bloemenvaas verplaatst naar de ingang van het appartementencomplex om daar te boel wat op te luisteren, maar werd vervolgens gestolen. Aloys was er, zoals in veel situaties, zeer ontdaan over. Hij kon extreem slecht tegen onrecht, of, moet ik beter zeggen: de vergetelheid?
Rust vond hij echter niet in zijn appartement, maar in de reuring in Zwolle. Op De Brink had hij een grote ruimte waarin zijn leven – letterlijk als een dagboek van voorwerpen – uitgestald was. Je kon het zo gek niet bedenken: zijn eerste salaris – blijkbaar niet uitgegeven – had hij in de vloer gemetseld. Ee gulden en rijksdaalders van koningin Wilhelmina en Juliana.


Een krantenartikel over de tijd dat hij personeelschef was. Een typemachine die van Annie M.G. Schmidt was geweest. Wielrenners t-shirts, rijen lang. Tot recent reisde hij nog de verschillende wielerrondes af, in binnen- maar zeker ook buitenland.
En natuurlijk het verhaal over de eenzame fietser op de IJsselbrug, van wie hij, tot zijn spijt, nooit kon achterhalen wie dit was. Duizend voorwerpen – minstens – en even zo vele verhalen verbonden aan deze voorwerpen. Alles moest bewaard, beschermd, worden. In herinnering blijven.

Nog zo’n opvallend voorwerp was zijn – gepantserde – Mercedes, die nog – op maat ! – gemaakt was voor de Duitse bondskanselier Helmut Kohl. Althans: uit een verzameling kwam van Mercedessen uit zijn voormalige bezit. Dat de auto niet geheel onkwetsbaar was, bleek een keer toen ik met Aloys, op de terugweg van een tocht langs zogeheten wederopbouwboerderijen waar hij in de tijd dat hij op de ambachtsschool zat, klussen bij had gedaan, stil kwamen te staan op de weg richting Hasselt, langs Stadshagen.




Aloys Berends had een zeer uitgesproken mening en kon slecht tegen onrecht, een ander of – in zijn ogen – hem aangedaan. In juni had ik voor het laatst telefonisch contact met hem, waarbij hij gelijk van wal stak over iets wat hem nu weer voor onrecht overkomen was. Hij was graag aan het woord, zogezegd. Het weerhield me wat om snel wéér contact met hem op te nemen. En plots is Aloys niet meer.
Zijn verschijning en vele – oneindig soms – verhalen, zal ik echter nooit vergeten. Maar nog meer: de persoon. De wereld was te klein voor hem, maar vooral: te traag van geest, zo leek het wel.
Rust zacht strijdbare Aloys. Bedankt voor het delen van alle herinneringen en de avonturen die ik op die zonnige septemberdag 2021 met je heb mee mogen maken. En ook de ontvangst van mij en mijn vrouw op De Brink. We zullen je nooit vergeten !
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.