De puszta’s van Hortobágy in Hongarije.

Zelden heeft een gevoel van ruimte mij zo overvallen als in het noordoosten van Hongarije. Specifiek: de steppes – hier poesta’s genoemd – in Hortobágy. Een gids leidt ons rond en ik sta versteld alleen al van de vogelrijkdom. Dit moet het vogelrijkste gebied van Europa zijn.

Ook al is het een vrij bewolkte namiddag en avond, voor het waarnemen van vogels blijkt dit een pré te zijn. De hoeveelheid scharrelaars alleen al is verbazend. In Spanje zag ik ze, zeker, maar wel op een nogal “gedirigeerde” manier, langs een weg met elektriciteitspalen met nestkasten daar aan bevestigd. Hier, in het noordoosten van Hongarije althans, kom je ze om de haverklap en zo terloops als maar kan, tegen. Vliegend over kleine dorpjes, zittend bij boerderijen of in bomen. Even later: meerdere zee- en keizersarenden zittend in velden met bomen. Zomertortels komen hier nog voor, en je begrijpt direct waarom: tussen de hier ook opgeschaalde landbouw zitten nog voldoende houtwallen en overgangsgebieden met kruiden, die van nature voor komen op de kalkrijke bodem. Het schijnt anno 2025 nog niet tot de Nederlandse boer doorgedrongen te zijn dat een kalkrijke bodem niet alleen goed is tegen de droogte (de mineralen in de bodem blijven voeden, ook als er weinig vocht is), maar dus ook de biodiversiteit op het gebied van kruiden en kruidachtige bloemen bevordert en in stand houdt.

Terug naar de vogels ! Het volgende hoogtepunt dient zich aan. Opeens zit er een velduil op een paal.

Hat is een beetje snel en wazig fotograferen vanuit de fourwheeldrive, maar hij laat zich rustig bekijken. Tótdat we te dichtbij komen en weg vliegt.

De volgende scharrelaar dient zich alweer aan ondertussen. Terugkerend blijkt de velduil bijna op dezelfde plaats in een struik te zitten.

Gedurende de rit wordt het landschap leger en leger. We kijken naar roodpootvalken en at al nog niet meer. De opbouw in de tocht is mooi. We eindigen op een enorme vlakte, en de opwinding die ik voel laat zich slechts herinneren als de oneindigheid die ik ervoer toen ik ooit het begin van de zandduinen van de Sahara in reed, of de vlakten in Kenia.

Vér uit elkaar doemen enkele boerderijen op. De meeste zijn verlaten en hebben hun oorspronkelijke functie verloren. De boer vertrok van de steppe en omarmde noodgedwongen de grootschaliger wijze van boeren. Het drama dat zich daarbij voltrok maatschappelijk is nog zeer zichtbaar in Hongarije: dorpen stierven uit, omdat de kleinschalige boer verdween. Op die plaatsen vaart de natuur er wel bij, daar waar de grootschaligheid intrad, holt de natuur achteruit door de bekende oorzaken.

Het landschap wordt opener en opener. Waar nog bomen of een struik te zien is, is het goed te weten dat dit allemaal kunstmatig is. Van oudsher groeiden er geen bomen of struiken op de steppen.

De verlaten boerderijen worden nu nog in de lente en zomer beheerd door schapenboeren, die hun vee weiden op de graslanden.

Oude zeer karakteristiek voor hier, waterputten zijn een oude foto uit een lang vervlogen tijd. Het was zelfs zo, dat de veehouders via deze waterputten met elkaar communiceerden en de stand van de waterhaal kon een bepaalde boodschap uitdragen over grote afstand.

Opeens wordt onze aandacht getrokken door een wonderlijk geluid, dromerig en weemoedig, wat van heel ver lijkt te komen. Het blijkt te komen uit een aantal poelen en blijken vuurbuikpadden te zijn. Het geluid lijkt een verre, vage herinnering aan zwoele avonden mijn september op een balkon in Kenia, vlakbij zee. Hoorde ik het daar, ruim twintig jaar terug, voor het eerst? Het geluid zou ik later deze vakantie ook horen bij de zogeheten visvijvers van Hortobágy – waarover later meer. Zet uw geluid zo hard als mogelijk en wacht even af – het geluid laat zich – subtiel – horen. Zo’n pad, of twee, zou ik mij in mijn vijver in de tuin wensen. Het is een van de meest kalmerende geluiden die ik ooit gehoord heb.

De vuurbuikpad komt in Nederland voor op verborgen locaties in het uiterste zuiden van Limburg. Het geluid is hier duidelijk te horen. Maar zo hard hoor je het nooit in het echt: het is een zacht, dromerig, weemoedig geluid wat overal en nergens vandaan lijkt te komen, gelijk als dat van een zomertortel. Het voelt als een massage van je brein.

Ondertussen stelt de gids zijn telescoop op en in de verte duiken zeker dertig (!) grote trappen op. Dit soort steppen in Hortobágy zijn hét gebied in Europa van de grote trap. hier gaat het nog goed met deze soort – en hij breidt zich zelfs nog uit. Hem op de foto krijgen lukte niet, maar zie voor foto’s deze site: https://greatbustard.hu/

In een volgend blog, de ongeëvenaarde vogel-, bloemen en vlinder rijkdom in Hongarije.

Gepubliceerd door Thomas Kamphuis

Gepassioneerd Vikingtijd, natuur en cultuur liefhebber.