Natuurblog 27 december 2020

grote bonte specht

Het is alweer enige tijd terug dat ik een natuurblog schreef. ‘Gebeurt er dan niets meer in je tuin’ zal de lezer zich afvragen? Nou.. toch wel íets.

De laatste maand is een grote bonte specht een dagelijkse gast geworden met dank aan de vogelpindakaas met meelwormen.

Weken lang waren het er twee, één met de bruinroze achtige buikveren en één met een aanmerkelijk wittere buik. Het kan dat het onderscheid verloren is gegaan en we nog steeds naar twee verschillende spechten kijken. De vinken waren wekenlang weg, maar met het frissere weer zijn ze teruggekeerd.

Blijkbaar heb ik de pot zó gepositioneerd dat de specht zich veilig voelt voor roofvogels. Schuin geplaatst kan hij altijd een blik omhoog werpen en de plaatsing in de vork van de boom geeft extra bescherming onder de kruin.

Het is ongelooflijk hoe behendig zo’n specht zich voortbeweegt. Vaak komt hij aangevlogen en loopt dan achterstevoren langs één van de stammen omlaag. Ook weer uit veiligheidsoverwegingen, zo lijkt het. Daarnaast is het een enorm behendige vlieger, die vanuit iedere positie weg vliegt uit de boom. Zonder gedachte over de uitvliegroute zo lijkt het. Vriend Joan vraagt mij waar zo’n specht nu ’s nachts slaapt. Goeie vraag. Of een hol in de boom nu zo veilig is?

In de Vreugderijkerwaard zijn op Eerste Kerstdag een stel kleine zwanen gezien met jong.

Kleine zwanen in de Vreugderijkerwaard (foto’s: Erik Veldkamp)

Tot mijn grote verrassing hoorde ik gistermorgen voor het huis vanuit het noorden opeens het zo kenmerkende getrompetter van wilde zwanen. Een vlucht vloog van west naar oost over het plein en huis over. Pure magie. Het blijft iedere keer weer verbazen wat je direct om en boven het huis kan zien. Het buitengebied hier zó om de hoek is toch wel de traktatie van het wonen hier.

In de schemering, van zo kwart over vier tot kwart over vijf kijk ik regelmatig naar buiten in de achtertuin, als en soort meditatie. Opeens verschijnen dan meerdere merels, die al roepend de kamerverdeling voor de avond en nacht overleggen. Of: afdwingen. De door de jaren heen flink uit de kluiten gewassen en omhooggeschoten klimop is voor hen een vijfsterren hotel. Ze kunnen zich er diep in verschuilen, goed geïsoleerd voor de kou en de wind en nagenoeg onbereikbaar voor katten of andere roofdieren zoals de steenmarter.

Als het diepschemer aanbreekt zijn ze opeens stil. dit tafereel blijft voor mij hét favoriete moment van de winter.

Samen met de roep van overtrekkende ganzen, ’s avonds en ’s nachts. In de twaalfnachten, de periode tussen Kerst en 6 januari, meende men vroeger hier het Wilde Leger of de Wilde Jacht in te herkennen. Het alom aanwezige duister deze dagen spreekt nog steeds zeer tot de verbeelding. De gedachten gaan naar binnen toe, soms kijk je terug op wat geweest is. Alles staat even stil. Zelfs in de tuin is even alles tot winterrust gekomen. Niets staat meer in bloei: zelfs de goudsbloemen hebben er de brui aan gegeven.

Nu nog wat sneeuw er bij. De eerste week van januari belooft het KNMI dit:

De kans op een (vrij) koud weertype is groot, zo’n 70-80%. De dagelijkse neerslagkans neemt geleidelijk toe van 20% naar 50%. Eventuele neerslag kan daarbij in de vorm van (natte) sneeuw vallen.

Pure opwinding voor een winterliefhebber als ondergetekende. Het zou dan voor het eerst in 2 jaar zijn dat we weer sneeuw zien. Een angstaanjagend lange periode. Soms denk je al dat je de laatste sneeuw meegemaakt te hebben. Iets wat voltooid verleden tijd is. Ik zou niet zonder de seizoenen kunnen. We zullen het kleine in de winter moeten eren.

Ondertussen giert de wind rond het huis bij nauwelijks 5 graden. Het begint er eindelijk een beetje op te lijken.

Gepubliceerd door Thomas Kamphuis

Gepassioneerd Vikingtijd, natuur en cultuur liefhebber.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: